Language/Standard-arabic/Grammar/Formation-and-placement/nl

Uit Polyglot Club WIKI
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
This lesson can still be improved. EDIT IT NOW! & become VIP
Rate this lesson:
0.00
(0 stemmen)

Arabic-Language-PolyglotClub.png
Standaard ArabischGrammatica0 tot A1 CursusVorming en Plaatsing

Adverb formatie[bewerken | brontekst bewerken]

Een adverbium (in het Arabisch, Zarf) (ظرف) is een woord dat de betekenis van een werkwoord, bijvoeglijk naamwoord of ander adverbium aanpast. In het Arabisch zijn adverbiale werkwoorden gramaticaal ingeburgerd en komen veel voor in de taal. 

De meeste adverbia zijn afgeleid van bijvoeglijke naamwoorden door het wegnemen van de genitief marker -ي, dit vervangen met ت en dan het aanpassen van de stress, door de stress terug te trekken naar de laatste tweeklank. De basisvorm van adverbia is dezelfde als de vrouwelijke vorm van een bijvoeglijk naamwoord en de meeste mannelijke en vrouwelijke bijvoeglijke naamwoorden vallen in deze categorie.

Standaard Arabisch Uitspraak Nederlands
سريعًا Saree'an  Snel (bijwoord)
بطيئًا Bate'anan Langzaam (bijwoord)
جميلًا Jameelan Mooi (bijwoord)
سيئًا Say'ian  Slecht (bijwoord)

Adverb plaatsing[bewerken | brontekst bewerken]

Adverbia komen na het woord dat ze wijzigen en voor het werkwoord. Een voorbeeld:

  1. الغداءُ اليَوْمَ جَيِّدٌ جِدًّا.
  2. Al-ghadaa’u-l yawma jayyidun jiddan.
  3. Het eten is heel goed vandaag.

In de bovenstaande zin wijzigt de adverb جِدًّا (jiddan) het werkwoord جَيِّدٌ (jayyidun).

Nederlands vertaald naar zijn natuurlijke woordvolgorde zou de zin zijn:

  1. الغداءُ جَيِّدٌ جِدًّا اليَوْمَ
  2. Al-ghadaa'u jayyidun jiddan al-yawma
  3. Het eten is heel goed vandaag

Adverbia moeten altijd dichtbij het werkwoord staan waarop ze betrekking hebben. Het wordt in het algemeen niet als correct beschouwd om het adverb voor het zelfstandig naamwoord te plaatsen zonder een werkwoord. 

Oefening[bewerken | brontekst bewerken]

Vorm adverbia van de volgende bijvoeglijke naamwoorden: 

  1. سويدي (Sweedie) - Zweeds
  2. أبيض (Abyad) - wit
  3. أسود (Aswad) - zwart
  4. كبير (Kabir) - groot
  5. صغير (Saghir) - klein

Plaats daarna de adverbia in deze zinnen: 

1. قالت الفتاة: الوردة جميلة. (Qalat al fatat: al-waraudat-u jameelatun). 2. الرجل يدخن بشراهة. (Al-rajulu yadkhun bishrahah). 3. الطالب يستيقظ متأخراً. (Al-talib yastayqizu muta'akhiraa)

Einde van de les[bewerken | brontekst bewerken]

Geweldig! U heeft nu geleerd hoe adverbia werken in het Standaard Arabisch. Vergeet niet om uw nieuwe kennis in praktijk te brengen met oefeningen en lezen.

Inhoudsopgave - Standaard Arabische cursus - 0 naar A1[brontekst bewerken]


Introductie tot het Arabische schrift


Zelfstandige naamwoorden en geslacht in het Arabisch


Werkwoorden en vervoeging in het Arabisch


Cijfers en tellen in het Arabisch


Alledaags Arabisch vocabulaire


Voedsel en drank vocabulaire


Arabische gebruiken en tradities


Arabische muziek en entertainment


Bijvoeglijke naamwoorden in het Arabisch


Voornaamwoorden in het Arabisch


Voorzetsels in het Arabisch


Interrogatieven in het Arabisch


Bijwoorden in het Arabisch


Vervoersvocabulaire


Winkelen en geldvocabulaire


Arabische literatuur en poëzie


Arabische kalligrafie en kunst


Weervocabulaire


Voorwaardelijke zinnen in het Arabisch


Passieve stem in het Arabisch


Relatieve zinnen in het Arabisch


Arabische bijvoeglijke naamwoorden en zelfstandige naamwoorden


Arabische cinema en TV


Arabische mode en schoonheid


Sport- en vrijetijdsvocabulaire


Andere lessen[bewerken | brontekst bewerken]


Contributors

Maintenance script


Create a new Lesson